Roken was jarenlang de standaard in de geestelijke gezondheidszorg, onder cliënten én werknemers. Maar als je weet dat tachtig procent van de rokers zou willen stoppen en wat de negatieve gevolgen zijn, dan is er actie nodig. Een rookvrij beleid helpt om een cultuurverandering te realiseren. In september is GGZ InGeest gestart als 50ste gespecialiseerde instelling met zo’n rookvrij beleid. Bestuurder Wencke de Wildt vertelt hierover. Daarnaast deelt Julliëtte van Eerd de ervaringen van GGz Breburg, de eerste instelling die startte met rookvrij beleid. Lees over hun ambities, geleerde lessen en resultaten, maar ook de tips van experts Robert van der Graaf en Anton van Balkom in het artikel.
Onderzoek wijst uit dat roken een negatief effect heeft op iemand zijn stemming en bestaande psychische klachten. Wencke de Wildt, bestuurder van GGZ InGeest: “Het is een misvatting dat je je door roken beter voelt. Er wordt vaak gedacht dat mensen met psychiatrische aandoeningen baat hebben bij roken als het gaat over symptomen en cognitief functioneren. Daar is echter geen enkel wetenschappelijk bewijs voor. Roken wordt in behandelingen niet systematisch genoeg aangepakt, dus willen we stappen zetten. Iedereen in de zorg moet zich meer bewust worden van de enorme positieve effecten van stoppen met roken.” Daarnaast lopen rokers niet alleen de bekende gezondheidsklachten als long- en hartporblemen, maar leveren mensen met schizofrenie bijvoorbeeld zo’n tien tot twintig levensjaren in als ze roken.
Wencke begeeft zich op bekend terrein. Bij Jellinek zag ze deze zorgorganisaties als eerste rookvrij worden. “In de verslavingszorg was er voor roken van oudsher minder aandacht dan voor andere middelen. Bij Jellinek leerde ik dat een breed gesprek over de ambitie om rookvrij te worden en de zorgen die medewerkers hierover hadden belangrijk was om te voeren. Maar ook trainingen bieden is belangrijk, van receptiemedewerker tot aan de behandelaars. Het is een proces van draagvlak te creëren en kennis en vaardigheden uitbreiden.” En van de lange adem, dus. “Met een bordje boven de deur ben je nog niet klaar. Het vraagt uithoudingsvermogen, een voortdurende investering en je moet het beleid blijven uitdragen en mensen blijven inspireren. Je blijft constant samen leren.”
Bron: de Nederlandse ggz